Traditioneel wordt de enig eigenaar van de heerlijke rechten "heer van X" of "vrouwe van X" genoemd, waarbij X dan staat voor de naam van de heerlijkheid. Oorspronkelijk was dit de aanspreektitel van ridders, die later ook voor eigenaren van heerlijkheden werd gebruikt. Is er sprake van een gemeenschappelijk eigendom, wordt de mede-eigenaar aangeduid als "heer of vrouwe in/tot", gevolgd door de naam van de heerlijkheid.
De huidige "Vrouwe van Sinoutskerke en Baarsdorp" is mevrouw M.J. van Huykelom van de Pas.
Naamgebruik
Ten tijde van het Ancien Régime (tot 1795) was het gebruikelijk dat de naam van een heerlijkheid werd toegevoegd aan de familienaam van de eigenaar. Op die manier zijn veel dubbele achternamen ontstaan, zonder dat de koning daarvoor toestemming heeft verleend. Tegenwoordig kunnen geslachtsnamen slechts bij Koninklijk Besluit worden gewijzigd.
Niettemin komt het in de praktijk nog veelvuldig voor dat eigenaren van heerlijkheden informeel de naam van een heerlijkheid aan hun geslachtsnaam toevoegen. Een dergelijke dubbele achternaam naam is niet officieel geregistreerd, maar past wel in een eeuwenlange traditie. In Nederland's Adelsboek en Nederland's Patriciaat worden (informele) namen met heerlijkheden vermeld, net als de titel "heer/vrouwe van".
Meer over de achtergrond van de titel leest u in onze kennisbank.